Heeft jouw kind ook moeite met metend rekenen? Vind je als ouders dat het inzicht in deze leerstof maar traag vooruitgang maakt? Maar hoe begin je nu aan deze klus, zodat je jouw kind optimaal kan helpen. Ik help je graag verder met enkele tips.
Wat houdt metend rekenen in?
Maateenheden
Inhoud : Onder inhoud begrijpen we alles dat te maken heeft met vloeibare stoffen die we kunnen meten. Denk maar aan het koken in de keuken, wanneer je een liter melk of 5dl water nodig hebt. Inhoud heeft als referentiemaat de liter (l), daarnaast bevat deze ook afgeleiden die we aan de hand van referentiematen eenvoudig kunnen onderscheiden.
- liter = (l) De liter wordt heel vaak voorgesteld als een brik melk met inhoud 1 liter.
- deciliter = (dl) De deciliter wordt voorgesteld als een kopje koffie.
- centiliter = (cl) De centiliter heeft als referentiemaat een eetlepel.
- milliliter = (ml) De milliliter heeft als referentiemaat een druppel.
Gewicht: Onder gewicht zien we alle zaken die we kunnen wegen en op een weegschaal kunnen plaatsen. Denk maar aan een kilogram bloem of 5 kilogram aardappelen. Gewicht heeft als maateenheid de kilogram (kg). Deze bevat ook afgeleiden die we aan de hand van referentiematen eenvoudig kunnen onderscheiden.
- kilogram = (kg) Een kilogram herkennen we aan een vol pak bloem of suiker.
- 100 gram = (100 g) Een halve appel is de referentiemaat van 100 g.
- gram = (g) Een paperclip zien we als referentiemaat van 1 gram.
Lengte: Lengte bevat alle zaken die we kunnen meten met een lat, rolmeter, enz. Denk maar aan de turnles waarbij je 50 meter moet lopen of wanneer je een tennisbal zo ver mogelijk moet gooien. Lengte heeft als referentiemaat de meter (m). Deze bevat ook afgeleiden die we aan de hand van referentiematen eenvoudig kunnen onderscheiden.
- meter = (m) Een meter onthouden we door de afstand te nemen van onze 2 armen die horizontaal gestrekt zijn.
- decimeter = (dm) De decimeter heeft als referentiemaat de afstand tussen je 2 ogen.
- centimeter = (cm) De nagel van onze duim is de referentiemaat van de centimeter.
- millimeter = (mm) De dikte van een centje is de referentiemaat van de millimeter.
Wanneer we deze referentiematen vaak gebruiken, zien we dat kinderen een beter inzicht krijgen in deze leerinhouden. Kinderen onthouden beter wanneer iets concreet voorgesteld wordt. Gebruik je graag een tabel om de maateenheden om te zetten? (Je kan hier de herleidingstabel van lengte, gewicht en inhoud downloaden.)
Euro’s en centen
Kinderen leren in de lagere school de muntstukken en biljetten die we gebruiken om te betalen. Wanneer deze gekend zijn wordt er geoefend om hiermee bedragen gepast te betalen. Na het gepast betalen, leren kinderen teruggeven. Ze krijgen als opdracht iets te kopen en rekenen uit hoeveel ze moeten terug krijgen. Een moeilijke opdracht voor heel wat kinderen, het inzicht in het geld is vaak de boosdoener.
De meest voorkomende manier is bijtellen.
Bv.: Je hebt €20 en koopt een nieuwe t-shirt van €15,95. Eerst tellen we de centen bij tot aan de volgende euro, dit is 5 cent. Zo bekomen we al €16, nu tellen we bij in euro’s tot aan €20. Er komt dus nog €4 bij, waardoor we op 4 euro en 5 cent komen.
Kloklezen en tijdsduur
In de lagere school leren kinderen eerst de klok lezen van uur tot halfuur, hoe verder ze komen hoe meer ze in detail gaan. Vaak is het eerste struikelblok het verschil tussen het uur in de voormiddag en in de namiddag. We leren hen dat als we het uur in de namiddag willen weten dat er telkens 12 uur wordt bijgeteld bij het uur in de voormiddag.
Een volgend onderdeel is het leren tijdsduur berekenen. Je gaat bijvoorbeeld naar de winkel om 8u45 en je bent om 10u terug huis, hoe lang ben je nu precies onderweg geweest? De meest voorkomende manier is het doortellen, zoals we kennen van bij het betalen met geld. We tellen eerst de minuten bij tot aan het volgende uur, daarna tel je de uren bij. Zo bekom je 1uur en 15 minuten.
Temperatuur
Het leren lezen van een thermometer wordt niet vaak als moeilijk beschouwd. Het belangrijkste bij het lezen en tekenen van temperaturen op een thermometer, is het nauwkeurig zijn. 1 graadje te weinig of te veel kleuren kan al als fout gerekend worden. Een kleine tips: zorg steeds voor een scherpe punt op je potlood.
Oppervlakte
Oppervlakte is het stuk dat als meest moeilijk ervaren wordt, van waar komt die vierkante nu plots?
De oppervlakte wordt stapsgewijs opgebouwd, als eerste start je uit een gekende situatie. Ik wil de oppervlakte weten van mijn schoolbank, samen nemen we bierviltjes en leggen deze op onze bank zodat het volledig oppervlak bedekt is. Nu zien we dat de oppervlakte van onze bank bv. 20 bierviltjes telt. We komen samen tot het besluit dat je de rij horizontaal kan vermenigvuldigen met de rij verticaal, alleen is een bierviltje geen maateenheid. We doen hetzelfde met een gewone rechthoek op bord waarvan de lengte 5cm en de breedte 6cm is. We weten dat we deze 2 getallen kunnen vermenigvuldigen om de oppervlakte te berekenen, 5 cm x 6cm = 30cm². We bekomen nu cm², dit komt omdat we de centimeter hebben vermenigvuldigd met elkaar.
Tip: Gebruik je de tabel om maten om te zetten? Bij oppervlakte telt elke maat 2 kolommen, denk maar aan de 2 die bij vierkante hoort. (Je kan hier de herleidingstabel oppervlaktematen downloaden.)
3 handige tips om jouw kind te helpen
- Maak metend rekenen concreet en visueel. Kinderen hebben een stuk minder moeite met leerstof die visueel gemaakt wordt. Weet je niet of een kilogram suiker zwaarder is dan een zak aardappelen van 5kg? Doe het samen met jouw kind, laat ze zelf ervaren of voelen wat nu precies zwaarder is.
- Pas metend rekenen toe in het dagelijkse leven. Ben je aan het koken en wil je kind helpen? Laat hen maar doen en geef hen ondertussen opdrachten zoals: neem de liter melk, neem de kilogram bloem, neem een halve liter water, enz. Ga je op zondag naar de bakker? Wel laat jouw kind maar gerust even betalen, wees maar zeker dat ze fier zullen zijn dat zij bij de bakker mogen betalen. Op deze manier komen ze in contact met deze maateenheden en koppelen ze hun eigen ervaringen aan de leerstof.
- Stel ze veel vragen en laat ze maar zelf denken. Vraagt jouw kind vaak hoe laat het is of hoe lang het nog is vooraleer ze naar dat feestje mogen gaan? Hoe vaak zeg je zelf niet het antwoord? Laat jouw kind maar gerust eens nadenken en leer hen dat ze gerust zelf de klok kunnen lezen.
Met deze tips kan je zeker aan de slag. Laat mij gerust weten hoe het bij jou verloopt door hieronder een reactie achter te laten.